Factcheckers: Hoe groot is de impact van schermtijd in ons leven?
Woensdag 17 april op VRT 1
Maandag 15 april 2024 - In een wereld die steeds meer gedigitaliseerd geraakt, blijven Britt Van Marsenille, Jan Van Looveren en Thomas Vanderveken feiten checken in een nieuw seizoen van Factcheckers. Deze week zoekt Britt uit of mensen een vreemde USB-stick zomaar gebruiken. Ze richt zich eerst op Jan en Thomas en organiseert vervolgens een grote sensibiliseringsactie waarbij ze op verschillende openbare plekken USB-sticks gaat verspreiden. Het blijkt een actie te zijn die heel wat commotie veroorzaakt en die zelfs de nationale pers haalt. Jan en Thomas zoeken proefondervindelijk uit wat de impact is van veel schermtijd. En het trio gaat inkopen doen om te ontdekken of online shoppen slechter is voor het milieu dan fysiek winkelen.
Zes afleveringen lang zetten de drie Factcheckers hun beproefde technieken in om feit van fictie te onderscheiden: diepgravend onderzoek, groots opgezette experimenten en spraakmakende testen. En in seizoen vijf doen ze dat voor checks die allemaal iets te maken hebben met de wereld van mobiele communicatie en internet, van sociale media en apps, van hardware en software. Want de digitale trein dendert voort, maar het is een flinke uitdaging om dat tempo te blijven volgen. Gelukkig zijn Britt, Jan en Thomas er om een handje te helpen.
De tweede aflevering van Factcheckers: woensdag 17 april om 20.50 uur op VRT 1 en VRT MAX.
Factcheck: Onbekende USB-sticks worden te gemakkelijk ingeplugd
Hoewel het gebruik van USB-sticks als insteekgeheugen tegenwoordig wat achterhaald lijkt, blijft de geheugenstick razend populair. Volgens recente cijfers zou de markt van USB-sticks wereldwijd een waarde van meer dan 58 miljard euro vertegenwoordigen. En precies in de populariteit van het kleine geheugenapparaatje schuilt blijkbaar ook een groot gevaar. Als je het internet mag geloven, gebruiken criminelen namelijk steeds vaker een nagemaakte geheugenstick om mensen op te lichten. Met een gevaarlijke USB-stick zouden ze proberen in te breken in computers.
Een gevaarlijke USB-stick is qua uitzicht niet te onderscheiden van een echte, onschadelijke USB-stick. Door in groten getale een gevaarlijke USB-stick te verspreiden, hopen criminelen dat nietsvermoedende vinders van de valse geheugenstick het apparaatje oprapen en in een computer steken. Het is een soort van minicomputer die verbinding maakt met de hacker en zo de computer van het slachtoffer ter beschikking stelt van de crimineel.
Maar je kan je natuurlijk wel afvragen of de artikels die dit soort praktijken beschrijven wel kloppen. Pluggen mensen effectief massaal een gevonden USB-stick zomaar in hun computer in? Britt neemt de proef op de som en zoekt het uit.
Britt Van Marsenille: "Om deze test uit te voeren hadden we een dubbel plan. Enerzijds wilden we nagaan of Jan en Thomas slachtoffer zouden kunnen worden. Anderzijds wilden we heel veel USB-sticks gaan verspreiden op openbare plaatsen. Voor alle duidelijkheid: we hebben daarvoor natuurlijk geen gevaarlijke USB-sticks gebruikt. Maar ik ben wel erg geschrokken van de resultaten."
Factcheck: De impact van schermen is groter dan je denkt
We zouden met z’n allen tegenwoordig gemiddeld zo’n 7 uur per dag naar schermen kijken. Dat lijkt best veel, maar als je alle minuten optelt wanneer we zitten te werken achter onze computer, les volgen via een tablet, mails lezen op onze laptop of onze smartphones gebruiken om berichten te sturen, filmpjes te bekijken of spelletjes te spelen, dan lijkt die enorme schermtijd plots een heel stuk minder verrassend.
Op het internet lees je onheilsberichten over die vele uren die we gekluisterd aan een scherm doorbrengen. Maar je vindt net zo goed artikels van experten die beweren dat we ons net geen zorgen moeten maken om veel schermtijd. Om uit te zoeken hoe groot de impact van al die schermen precies is, ondergaan Jan en Thomas een experiment. Jan, wiens schermtijd in het dagelijkse leven bijzonder laag is in vergelijking met het gemiddelde, krikt zijn schermtijd op tot het gemiddelde terwijl Thomas gaat detoxen: hij schrapt gedurende 5 dagen alle schermen en probeert analoog te overleven in een digitale wereld.
Welke impact dit heeft op hun lichaam en geest ontdek je in de tweede aflevering van Factcheckers.
Jan Van Looveren: "Ik heb me toch altijd wat zorgen gemaakt over het schermgebruik van mijn kinderen. Maar wat ik tijdens mijn experiment bij een kinesist te horen heb gekregen over de impact van veel naar schermen kijken, dat was toch nog een stuk erger dan ik altijd al had gedacht."
Factcheck: Online shoppen is slechter voor het milieu dan fysiek winkelen
Een vaak voorkomende opvatting over online bestellingen is dat ze een grote negatieve ecologische impact zouden hebben. Vaak wordt immers gedacht dat alle rondrijdende pakjesdiensten voor veel milieuhinder zorgen, alleszins voor nog meer last dan de hinder waarvoor individuele verplaatsingen naar de winkel zouden zorgen. Maar klopt die opvatting wel? Precies dat zoeken Britt, Jan en Thomas uit in een vergelijkende test. Ze doen inkopen in de supermarkt: zowel online als fysiek. Ook klein elektro kopen ze via internet en in fysieke winkels. En ze checken ook de impact van online versus offline voor modeartikelen. De impact van deze winkelmethoden laten ze berekenen door de VUB met één doel: voor eens en voor altijd duidelijk maken hoe het nu zit met die ecologische voetafdruk van al dat shoppen. Is online winkelen werkelijk zo slecht als wordt gedacht?
Thomas Vanderveken: "Bij deze test zijn we, zoals gewoonlijk natuurlijk, niet over één nacht ijs gegaan. We hebben zoveel mogelijk parameters in kaart laten brengen om een zo’n duidelijk mogelijk resultaat te bekomen. En dat resultaat was best wel verrassend."
Factcheckers maakt deel uit van het VRT-aanbod rond digitale inclusie, met de steun van de Vlaamse overheid.